De inbreng van de fractie:
Grootschalig versus kleinschalig
De grootschaligheid van projecten (zon, wind en restwarmte) komen in het startdocument volop aan bod. Zolang er draagvlak is onder de bevolking en het Groninger landschap bovendien in tact blijft, is daar niet veel op tegen. GroenLinks mist in het document echter de aandacht voor kleinere (burger-)initiatieven. Een paar zonnepanelen op het dak tellen niet mee voor de RES, alleen projecten groter dan zestig panelen doen mee. Maar wanneer je als dorp, buurt of straat de handen ineen slaat, en gezamenlijk meerdere daken met panelen bedekt, dan tel je wel mee voor de RES. Het grote voordeel van zo’n coöperatie of stichting is de directe betrokkenheid van de burgers, immers zij zijn gezamenlijk eigenaar van zo’n project. Daar zou veel meer op ingezet kunnen worden.
Van boven opgelegd of van onderop
Uit het startdocument blijkt dat er weinig van onderop wordt bedacht, van buiten naar binnen zogezegd. Regie voeren door de overheid is prima, maar de ideeën en wensen van bewoners of bedrijven zouden een veel prominentere rol moeten krijgen, vindt GroenLinks. En wellicht nog belangrijker: de kosten van woningisolatie, de aanschaf van een warmtepomp of andere noodzakelijke investeringen moet voor iedereen betaalbaar blijven, wil je kunnen spreken van succes. Draagvlak wordt alleen bereikt wanneer inwoners naast de lasten ook de lusten krijgen van de energietransitie. Simpel gezegd, een Groninger gaat niet alleen investeren uit idealisme, maar wil tevens antwoord op de vraag: ‘Wat levert het mij op?’ Daar moet van begin af aan de nadruk op liggen, wil je een draagvlak creëren. In het RES-document kan daar nog wel een verbeteringsslag geslagen worden.
Een stap verder – integraal beleid
GroenLinks vindt de energietransitie uitermate belangrijk, maar zoals gezegd, deze moet van onderop gedragen worden, en tegelijkertijd betaalbaar blijven voor de burger. Het Rijk gaat over een jaar bepalen of Groningen voldoende doet. De GroenLinks-fractie wil echter nog een stap verder gaan, de ambities om de landelijke doelstellingen te halen zijn niet voldoende. Als de regio Groningen de (opgelegde) targets haalt is dat mooi, maar GroenLinks ziet tegelijkertijd ook kansen voor een duurzame economische groei met bijhorende werkgelegenheid. Gingen we in Groningen als makke schapen Nederland welvarend maken met ons gas – iedereen weet waartoe dat heeft geleid -; nu krijgen we de kans om Nederland te bedienen met fossielvrije energiebronnen. Daar liggen de kansen voor Groningen die we met beide handen moeten aangrijpen. Met goede investeringen kunnen we de energie-omslag benutten en de situatie in Groningen drastisch verbeteren. We praten dan over een integraal beleid met perspectief voor alle Groningers. Daarvoor is visie, lef en een goede communicatie noodzakelijk. Het draagvlak ontstaat dan vanzelf, want iedere inwoner profiteert er van.